Comorbiditeiten

De diagnose van HSD en hEDS gaat gepaard met een wijde range aan comorbiditeiten. Een overzicht van de op dit moment gekende comorbiditeiten bij EDS vindt u terug in onderstaande figuur van Malfait et al. (2020).

De ernst van de comorbiditeiten speelt een niet te onderschatten rol in de belastbaarheid van de patiënt bij het functioneren en meer specifiek bij therapie. Deze klachten kunnen ook variëren in tijd en intensiteit. In de volgende figuur wordt voorgesteld hoe verschillende patiënten met eenzelfde diagnose verschillende symptomen kunnen ontwikkelen binnen het spectrum van comorbiditeiten. Deze spider- figuur komt tot stand door het screenen van de aandoeningen aan de hand van het hypermobility multisystem questionnaire voor HSD en hEDS (Bron: Ehlers-Danlos Society).

Dysautonomie

Patiënten met HSD en hEDS tonen een hoge prevalentie van autonome symptomen (dysautonomie) bestaande uit cardiovasculaire en sudomotorische disfunctie, waaronder licht in het hoofd, hartkloppingen, pijn op de borst, presyncope en syncope. De symptomen van POTS of posturaal orthostatisch tachycardiesyndroom, gepaard gaande met orthostatische intolerantie of OI, kunnen worden uitgelokt door inspanning, een warme of hete omgeving en rechtop staan.

Bindweefselafwijkingen zouden kunnen leiden tot vasculaire laxiteit en patiënten predisponeren voor orthostatische bloedophoping in de onderste extremiteiten en orthostatische intolerantie. Perifere neuropathie en vasoactieve medicatie spelen waarschijnlijk een rol in de ontwikkeling van autonome stoornissen (De Wandele et al., 2014).

Tal van mechanismen kunnen leiden tot cardiale dysautonomie. Tijdens een staande houding is er een gravitatieverschuiving van het plasmavolume naar de lagere delen van het lichaam die, indien niet tegengegaan, zou resulteren in een verminderde cardiale preload en een daling van de bloeddruk. De autonome baroreflex dient om orthostatische hypotensie te voorkomen en de cardiale output te behouden door sympathische activering (perifere vasoconstrictie en verhoogde hartslag). Bij het posturale orthostatische tachycardiesyndroom kan excessieve orthostatische tachycardie het gevolg zijn van een combinatie van passende autonome reacties op verschillende fysiologische veranderingen (in blauw weergegeven) of een ongepaste overdrijving van de sympathische respons op orthostatische stress (in rood weergegeven).

Abnormale cardiovasculaire fysiologie kan bestaan uit (1) absolute hypovolemie als gevolg van verminderde regulatie van het plasmavolume of (2) cardiovasculaire deconditionering die resulteert in verminderde hartmassa en een laag slagvolume. Excessieve sympathische activering kan optreden in de context van (3) een systemische ontstekingstoestand met verhoogde ontstekingsmediatoren (bv. verhoogde histamine in omstandigheden van overactiviteit van mestcellen) of (4) verhoogde sympathische tonus onder invloed van het centrale zenuwstelsel (bv. angst of chronische pijn). Auto-antilichamen gericht tegen G-proteïnegekoppelde autonome receptoren (5) zouden gemengde effecten kunnen hebben door als partiële agonisten op te treden die zowel de cardiale sympathische signalen versterken als de doeltreffendheid van door noradrenaline geïnduceerde perifere vasoconstrictie verminderen. Tenslotte kan een abnormale perifere vaatfunctie het gevolg zijn van (6) perifere kleinevezelneuropathie die een gedeeltelijke denervatie in de onderste extremiteiten veroorzaakt of (7) weefselverslapping die resulteert in een verhoogde afhankelijke veneuze pooling, hetgeen een associatie van het posturale orthostatische tachycardiesyndroom met HSD en hEDS zou kunnen verklaren (Vernino et al., 2021).

Dysautonomie en  orthostatische intolerantie vormen eveneens een belangrijke determinant van vermoeidheid bij hypermobiele syndromen (De Wandele et al., 2016) en gaan gepaard met een slechte levenskwaliteit en aanzienlijk functionele beperkingen. Deze patiënten ontwikkelen vaak neurocognitieve klachten, zoals brain fog.

Gastro-intestinaal

Het merendeel van de patiënten met HSD of hEDS heeft last van gastro-intestinale comorbiditeiten: diarree of net constipatie, opgezwollen gevoel, vertraagde maaglediging, problemen met slikken,… Bekijk hier het interview met Prof. Dr. Qasim Aziz, gespecialiseerd in neurogastro-enterologie, verbonden aan de Barts and London School of Medicine and Dentistry en voedingsdeskundige Helen Spriggs, gemodereerd door Lara Bloom van The Ehlers-Danlos Society.